Mondzorg
Wie een gezonde mond heeft, kan goed eten, ziet er verzorgd uit en heeft minder last van een slechte adem. Ruwweg de helft van de kwetsbare ouderen kampt met klachten als een droge mond, pijnklachten, problemen met kauwen, gaatjes, afgebroken tanden of kiezen, tandvleesproblemen of een slecht zittend kunstgebit. Dat heeft grote impact op hun kwaliteit van leven en is een groot gezondheidsrisico. Ook cliënten in verpleeghuizen of zorgvragers met een verstandelijke beperking worstelen met dit probleem. Zij zijn vaak niet in staat hun mond zelf te verzorgen en kunnen niet altijd helder communiceren over hun pijn of ongemak..
Zorgverleners zijn op zoek naar handvatten hoe te handelen als de mondhygiëne bij cliënten in de langdurige zorg verslechtert of zelfs wordt geweigerd. Ook is er behoefte om de dagelijkse mondverzorging goed in te bedden in de processen, als structurele zorgactiviteit. En er spelen vraagstukken rondom preventie; hoe kan vroegtijdig worden ingespeeld op mogelijke oorzaken om zo verslechtering van de mondgezondheid te voorkomen.
SKILZ ontwikkelt onder regie van procesbegeleider Bernadette Schutijser een multidisciplinair kwaliteitsinstrument voor de verbetering van mondhygiëne bij mensen in de langdurige zorg.
Er is een werkgroep samengesteld die bestaat uit afgevaardigden van Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (V&VN), Vereniging van specialisten ouderengeneeskunde (Verenso), Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde (KNMT), Nederlandse Vereniging voor Gerodontologie (NVGd), Vereniging Mondzorg voor Bijzondere Zorggroepen (VMBZ), Organisatie van Nederlandse Tandprothetici (ONT), NVM-Mondhygiënisten, NHL Stenden Hogeschool, Nederlandse Vereniging voor Logopedie en Foniatrie (NVLF), KansPlus en de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN). Irma de Hoop (V&VN) is de voorzitter van de werkgroep en Gert-Jan van der Putten (Verenso) is vicevoorzitter van de werkgroep. De werkgroep wordt daarbij ondersteund door een klankbordgroep, bestaande uit afgevaardigden van de Nederlandse Vereniging van Diëtisten (NVD), ONT, Centraal Overleg Bijzondere Tandheelkunde (Cobijt), Patiëntenfederatie Nederland, Zorgverzekeraars Nederland, Vlaams Instituut Mondgezondheid, Nederlands Instituut van Psychologen (NIP), V&VN, Ergotherapie Nederland, Academische Werkplaats Sterker op Eigen Benen en enkele personen op persoonlijke titel.
Stand van zaken
In het voorjaar van 2022 is door de werkgroep gestart met het formuleren van overwegingen en aanbevelingen op uitgangsvragen die op basis van de expertise van de werkgroep worden beantwoord. Tegelijkertijd wordt het literatuuronderzoek uitgevoerd. De werkgroep zal na de zomer aan de slag gaan met het formuleren van overwegingen en aanbevelingen op basis van de conclusies vanuit de literatuur. Naar verwachting wordt het kwaliteitsinstrument medio 2023 gepubliceerd.
Status
Voorbereiding en afbakening
Stap 1
Knelpuntenanalyse
Stap 2
Literatuuronderzoek
Stap 3
Conceptversies
Stap 4
Formeel commentaar
Stap 5
Autorisatie
Stap 6
Stap 1: Voorbereiding en afbakening
De ontwikkeling van een kwaliteitsinstrument begint bij de voorbereiding. De procesbegeleider begint met een inventarisatie van al lopende (onderzoeks-) initiatieven. Vervolgens gaat de werkgroep verder met het afbakenen van de patiënt-/cliëntgroep, bepalen van de definities en begrippen en welke producten moeten worden opgeleverd.
Stap 2: Knelpuntenanalyse
De volgende stap is het uitvoeren van een knelpuntanalyse door vertegenwoordigers van professionals die langdurige zorg verlenen, patiënten/cliënten en hun vertegenwoordigers en mantelzorgers. Op basis van deze analyse worden uitgangsvragen geformuleerd en ontstaat een beeld van de kennislacunes.
Stap 3: Literatuuronderzoek
Ter voorbereiding op het schrijven van een eerste conceptversie van het kwaliteitsinstrument, wordt systematisch onderzoek gedaan van wetenschappelijke literatuur. Op basis van het literatuuronderzoek, wordt besloten of er aanvullend onderzoek moet worden gedaan.
Stap 4: Conceptversies
De werkgroep schrijft een conceptversie van het kwaliteitsinstrument, gebaseerd op systematisch onderzoek van wetenschappelijke literatuur en de inbreng vanuit het veld (best practices en ervaringsdeskundigen).
Stap 5: Formeel commentaar
Na een serie veldconsultaties volgt een formele consultatieronde onder alle belanghebbenden en de leden van de raden. Hierop volgen zo nodig aanpassingen aan het kwaliteitsinstrument.
Stap 6: Autorisatie
Ten slotte, wordt het kwaliteitsinstrument voorgelegd aan de NVAVG, Verenso en V&VN en andere direct betrokken organisaties voor autorisatie. In de tussentijd worden implementatieadvies en informatiemateriaal ontwikkeld.
Werkwijze
Lees hier alles over onze werkwijze voor de ontwikkeling van kwaliteitsinstrumenten.
Gerelateerde berichten
Waar wij mee bezig zijn
We werken aan diverse richtlijnen en handreikingen voor de langdurige zorg. Van mondzorg tot wilsbekwaamheid en van slaapproblemen tot zelfmanagementondersteuning. Ook aan richtlijnen binnen het Samenwerkingsverband Richtlijnen Infectiepreventie (SRI) wordt aan verschillende richtlijnen gewerkt. Klik hieronder voor een totaaloverzicht.