In de nieuwsbrief van februari zijn onze twee nieuwe bestuursleden vanuit de BPSW en het NIP aan het woord geweest. In deze nieuwsbrief maken we kennis met nog twee nieuwe bestuursleden. Dat zijn Yvette Dijkxhoorn vanuit het NVO (Nederlandse Vereniging van Pedagogen en Onderwijskundigen) en Nieske Heerema vanuit Verenso.
Yvette Dijkxhoorn
Yvette is orthopedagoog en klinisch neuropsycholoog en werkzaam als wetenschappelijk onderzoeker en docent bij de Universiteit Leiden en als regiebehandelaar bij het LUBEC. Daarnaast werkt ze als consulent voor het Centrum Consultatie en Expertise (CCE).
‘In mijn werk zet ik me vooral in voor mensen met ernstige meervoudige problematiek die intensieve zorg nodig hebben. Dat doe ik zowel vanuit onderzoek binnen de vakgroep Pedagogische Wetenschappen als in de praktijk bij het Leids Universitair Behandel- en Expertise Centrum (LUBEC) van de Universiteit Leiden en bij het CCE.
Mensen met deze problematiek zijn helemaal afhankelijk van anderen. Het is dus belangrijk dat wij als zorgprofessionals het goede voor hen doen. Daarin zit ook mijn drijfveer. Ik wilde geneeskunde studeren, maar toen ik werd uitgeloot, heb ik voor pedagogiek gekozen. Via een bijbaantje in een logeerhuis ben ik in aanraking gekomen met de gehandicaptenzorg en daar ben ik nooit meer uit weggegaan. Later kwam ook onderzoek op mijn pad, wat ertoe heeft geleid dat ik nu zowel praktijk als onderzoek kan combineren. Een mooie combinatie om mijn vak uit te oefenen.
Vanuit de NVO ben ik benaderd voor het bestuur van SKILZ. Ik ben eerder betrokken geweest bij de ontwikkelingen van richtlijnen voor jeugd en GGZ. Hierdoor kan ik een goede bijdrage leveren door ook overstijgend mee te denken. Als bestuur hebben we een doel: bijdragen aan kwalitatief goede zorg vanuit verschillende disciplines en invalshoeken zodat cliënten krijgen wat ze nodig hebben. Dat is een insteek waar ik helemaal achter sta.’
Nieske Heerema
Nieske Heerema is recent gepensioneerd als specialist ouderengeneeskunde en heeft eerder in haar carrière als sociaal geneeskundige en tropenarts gewerkt. Door haar werk voor een aantal klachtencommissies, een traject samen slimmer werken voor en met ouderen in de wijk, en als SCEN-arts, blijft ze actief betrokken bij het werkveld.
‘De rode draad in mijn carrière is altijd kwaliteit en de ondersteuning daarvan geweest. In mijn werk als tropenarts en ook daarna heb ik me, naast het uitoefenen van mijn vak, altijd beziggehouden met kwaliteit. Hoe kunnen we het vak goed uitoefenen? Wat is daarvoor nodig? Dat aspect heb ik ook altijd onder de aandacht gebracht in de onderwijscommissie van de opleiding waar ik later als sociaal geneeskundige bij betrokken was. Ook heb ik gewerkt bij de voorganger van het huidige Zorginstituut Nederland en later bij het Kwaliteitsinstituut voor de gezondheidszorg. Van daaruit heb ik de opleiding Healthcare Improvement in Boston gevolgd en ben ik nog even als zelfstandige actief geweest. Maar ik werk graag in een team en ben op een gegeven moment in aanraking gekomen met de ouderenzorg, waar ik met veel plezier in gewerkt heb.
Richtlijnen kunnen de kwaliteit van de zorg verder brengen. Als een goed hulpmiddel en niet zozeer als iets waar je je altijd strikt aan moet houden, want in de praktijk kan het zijn dat je moet afwijken. De ouderenzorg is enorm boeiend door de complexiteit. Elke situatie is anders, telkens leg je een nieuwe puzzel. Richtlijnen en bijhorende producten kunnen daarbij goed ondersteunen. Een mooi voorbeeld vind ik bijvoorbeeld de poster die bij de richtlijn Slikproblemen is ontwikkeld. Een praktisch en goed werkend voorbeeld van een richtlijn in de praktijk brengen. Daarmee wordt ook echt de focus op de zorgprofessional gelegd en dat is erg belangrijk voor het daadwerkelijk gebruiken van de kennis uit een richtlijn.
Toen ik werd benaderd voor het bestuur van SKILZ ben ik me verder gaan verdiepen in SKILZ en de rol en taken van het bestuur. De relatie met de beroepsverenigingen is iets veranderd: huidige bestuursleden van SKILZ zijn geen bestuurslid meer van de beroepsvereniging. Ik kan me goed vinden in de nieuwe insteek. Het is belangrijk dat er een goede verbinding is met de beroepsvereniging en dat kan zeker ook op de vernieuwde manier. SKILZ is een organisatie die een goede richtlijnmethode hanteert, gebaseerd op wat een zorgprofessional echt nodig heeft, en zich tegelijkertijd wendbaar kan opstellen als het nodig is. Ook door te ontdekken wat er anders kan. Dat past goed bij een veranderende zorgsector waarin samenwerken op alle niveaus in de toekomst de basis zal zijn.
De diverse aspecten van mijn carrière komen heel goed samen in wat ik voor het bestuur van SKILZ kan doen.’