Omgaan met drang en het herkennen van verzet
SKILZ ontwikkelt deze multidisciplinaire richtlijn voor de langdurige zorg onder regie van procesbegeleider Tanja Mol. De handvatten in de richtlijn zullen ingaan op het herkennen van verzet bij de cliënt en het herkennen van en omgaan met drang. Het doel van de richtlijn is de kwaliteit van leven van cliënten die vallen onder de Wzd te verbeteren en dwang in de zorg te verminderen.
Zorgprofessionals streven naar het bieden van de juiste en passende zorg voor cliënten. Onvrijwillige zorg moet zo veel mogelijk vermeden worden. Onvrijwillige zorg mag alleen toegepast worden als het niet anders kan en er groot risico is op bijvoorbeeld levensgevaarlijke situaties voor de cliënt, deze zich niet meer staande kan houden in de maatschappij, zichzelf verwaarloost of agressie oproept bij anderen (dit wordt ernstig nadeel genoemd). Voordat onvrijwillige zorg toegepast wordt, zijn er verschillende vormen van gedragsbeïnvloeding te gebruiken, ofwel vormen van drang.
Planning
In januari 2024 is gestart met de ontwikkeling van de richtlijn Omgaan met drang en het herkennen van verzet. De verwachting is dat de richtlijn halverwege 2025 gepubliceerd zal worden. Bekijk hieronder de actuele status van de richtlijn, welke stappen er nog zullen volgen en wat hier aan vooraf is gegaan.
Status
Voorbereiding en afbakening
Stap 1
Knelpuntenanalyse
Stap 2
Literatuuronderzoek
Stap 3
Conceptversie
Stap 4
Commentaarronde
Stap 5
Autorisatie
Stap 6
Stap 1: Voorbereiding en afbakening
De ontwikkeling van een richtlijn begint bij de voorbereiding. De procesbegeleider begint met een inventarisatie van al lopende (onderzoeks-) initiatieven. Vervolgens gaat de werkgroep verder met het afbakenen van de cliëntgroep, bepalen van de definities en begrippen en welke producten moeten worden opgeleverd.
Stap 2: Knelpuntenanalyse
De volgende stap is het uitvoeren van een knelpuntanalyse onder zorgprofessionals in het werkveld, cliënten, mantelzorgers en hun vertegenwoordigers. Op basis van deze analyse worden uitgangsvragen geformuleerd.
Stap 3: Literatuuronderzoek
Ter voorbereiding op het schrijven van een eerste conceptversie van de richtlijn wordt systematisch onderzoek gedaan naar wetenschappelijke literatuur. Op basis van het literatuuronderzoek wordt besloten of er aanvullend onderzoek nodig is.
Stap 4: Conceptversie
De werkgroep schrijft een conceptversie van de richtlijn. Deze is gebaseerd op de resultaten van het literatuuronderzoek en de inbreng vanuit het veld (best practices en ervaringsdeskundigen).
Stap 5: Commentaarronde
De conceptversie wordt voorgelegd aan verschillende beroeps-, branche- en cliëntenorganisaties. Op basis van het commentaar worden, als het nodig is, aanpassingen gemaakt in de conceptversie van deze richtlijn. In deze fase worden ook implementatieadvies en informatiemateriaal ontwikkeld.
Stap 6: Autorisatie
In de autorisatiefase wordt de richtlijn voorgelegd aan de beroepsverenigingen die hebben meegewerkt aan de ontwikkeling ervan.
Werkwijze
Lees hier alles over onze werkwijze voor de ontwikkeling van richtlijnen.